

ANGST
Wat is angst?
Angst is een biologische, natuurlijke neurologische reactie die jouw lichaam voorbereid voor potentieel gevaar.
Dit mechanisme stelt jouw lichaam in staat te reageren op een (mogelijk) gevaarlijke situatie.
Angst varieert in de mate van intensiteit, de mate van realiteit en gegrondheid. Soms kan angst dus niet reëel, maar ingebeeld zijn.
Normale, gegronde angst wordt ook wel vrees genoemd. De tegenzijde, noemt men ingebeelde of ongegronde gepercipieerde angst. Gepercipieerd is afgeleid van perceptie, wat waarnemen betekent. Bij het waarnemen van gevaar wordt het lichaam in een staat van paraatheid gesteld. Vanuit evolutionair perspectief is dit mechanisme essentieel om te overleven. Echter, soms is dit mechanisme verstoord, bijvoorbeeld door een traumatische gebeurtenis en / of erfelijke factoren, persoonlijke factoren of omgevingsfactoren, Ook kan het voortkomen uit fysieke schade aan het brein (b.v. door een 'stroke').
Veel voorkomende soorten angst
Faalangst
Faalangst wordt gedefinieerd als de angst voor situaties waarin mensen beoordeeld worden op hun capaciteiten, waarbij de gedachte heerst dat men gaat falen.
Angstgevoelens komen voor indien men denkt niet in staat te zijn bepaalde cognitieve, sociale en / of motorische prestaties uit te voeren. Faalangst wordt meestal als een onderdeel van sociale angst of gegeneraliseerde angst beschouwd. Hierbij wordt dan vaak verwezen naar 'testangst' of 'prestatieangst'. Testangst leidt vaak tot verminderd presteren, een laag zelfbeeld, een negatieve houding ten aanzien van de werkzaamheden en een gebrek aan assertiviteit. Dit gaat vaak samen met de angst om fouten te maken. Faalangst kan dus een ernstige belemmering vormen in het functioneren.
Selectieve spreekangst
Bij deze vorm van angst ben je geneigd om in bepaalde (sociale) situaties niet te durven spreken. Dit kan heel selectief zijn. Men kan thuis veel en intensief verbaal communiceren, maar indien er een spreekbeurt moet worden gehouden voor de klas of een presentatie moet worden gehouden, dan kan dit problemen opleveren en angstgevoelens opwekken. Dit kan samen gaan met een sociale fobie, indien de sociale setting voornamelijk de angstgevoelens oproepen.
Paniekaanval / stoornis
Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen een paniekaanval en een paniekstoornis. Indien een een paniekaanval zich stelselmatig voordoet, kan er sprake zijn van een paniekstoornis.
Gedurende een paniekaanval, ontstaan er vaak intense en heftige gevoelens van angst. Meerdere factoren spelen vaak een rol. Bijvoorbeeld erfelijkheid en / of neurologische oorzaken.
Middelengebruik, stressvolle gebeurtenissen, overmatig piekeren (rumineren) en een traumatische ervaring kan een paniekaanval versterken of triggeren.
Specifieke fobie
Een fobie is een verzamelnaam voor (diagnostische) angstgevoelens, die worden gerelateerd aan een plek, situatie, dier of gevoel. Doorgaans is er sprake van een ongegronde angst, waarbij de waargenomen angst vaak buiten de proporties valt van het werkelijke, reële gevaar. Een voorbeeld hiervan is bijvoorbeeld agorafobie. Er ontwikkelen zich angsten die zich voordoen in een bepaalde, specifieke omgeving of ruimte. Een ander voorbeeld is sociale fobie, waarbij de sociale situatie met mensen angstgevoelens oproept.
Gegeneraliseerde angststoornis
Indien er sprake is van een gegeneraliseerde angststoornis, dan is de angst vaak op een heel breed vlak en bestrijkt het vaak een groot deel van het spectrum in het dagelijks leven. Angsten doen zich dan vaak op meerdere vlakken voor, bijvoorbeeld bij spreken, maar ook bij uitvoeren van taken. Desalniettemin kan het ook specifiek zijn, Faalangst is hier een voorbeeld van, afhankelijk in welke situatie het optreedt.
Angst door een somatische (lichamelijke) aandoening
Deze vorm van angst is ontstaan door een lichamelijke aandoening. bijvoorbeeld door een ongeluk waarbij het brein is beschadigd. Ook komt het vaker voor bij mensen met andere somatische ziektes, waaronder, astma, Crohn en andere fysieke aandoeningen. Er is dus vaak sprake van comorbiditeit.
Oorzaken angst
In een normale situatie, waarbij er sprake is van vrees wordt de mate van angst vaak bepaald door de mate van de de dreiging, waardoor ook de mate van intensiteit wordt bepaald. Hierop volgt vaak een beoordeling, tussen 'flight, freeze or fight'. Vluchten, bevriezen of vechten.
Deze keuze, die wordt onder andere bepaald door jouw persoonlijkheid en eerdere gebeurtenissen, maar ook erfelijkheidsfactoren en hoe de angst wordt waargenomen, speelt een rol.
Vaak interacteren deze factoren met elkaar (beïnvloeden elkaar). Meestal is er geen sprake van een uniforme, eenduidige oorzaak, maar een som van oorzaken die op elkaar inspelen en elkaar beïnvloeden. Middelengebruik kan eveneens een rol spelen.
De drang naar middelengebruik, drugsgebruik en alcoholgebruik, die van persoonlijke of erfelijke aard zijn, worden vaak getriggerd door traumatische gebeurtenissen, waardoor er naar een vlucht uit de realiteit gezocht wordt, waardoor de angstgevoelens tijdelijk uitgeschakeld kunnen worden, maar ook versterkt kunnen worden. Werkelijke gevaren en de gepaarde angsten, kunnen bij middelengebruik onderschat worden, die kunnen resulteren in negatieve gevolgen voor het dagelijks leven. Hechting, binding en vertrouwen kunnen tevens een rol spelen bij de ontwikkeling van angst of angststoornissen. Kinderen die in hun eerste jaren weinig of onvoldoende waarnemen dat de wereld een veilige plek is, zijn gevoeliger voor het ontwikkelen van verschillende vormen van (ongegronde) angst.
Angst, prestaties en kwaliteit van leven
Indien er sprake is van (ongegronde) angst, is het soms mogelijk om de angst te ontkomen door de gebeurtenis compleet te vermijden. Door vermijding heb je ook niet de kans om ervaringen op te doen die jouw angst tegenspreken en om deze te overwinnen. Dit kan je belemmeren om bepaalde prestaties te behalen.
Dit wordt vaak geassocieerd met faalangst.
Angst kan samengaan met verschillende fysiologische, lichamelijke reacties, vergelijkbaar met stressreacties, zoals hyperventilatie, zweten, hartkloppingen, trillingen, buikpijn en misselijkheid. Indien deze reacties erg heftig zijn, dan is er sprake van een paniekaanval. In dergelijke situaties lijkt vermijding vaak een makkelijke oplossing. Het tegendeel is echter waar.
Door vermijding van situaties en gebeurtenissen die angst oproepen, worden de angstgevoelens vaak versterkt. Vooral bij zaken die in werkelijkheid eigenlijk geen angst hoeven op te roepen. Bij vermijding wordt de angst in stand gehouden en wordt het zelfs bevestigd. Het risico op procrastinatie (uitstelgedrag) neemt dan dus toe. Dit heeft op haar beurt vaak negatieve langer termijn effecten. Dit kan een verlammend effect hebben op het dagelijks leven. Logischerwijs kan angst samen gaan met stress, piekeren, laag zelfbeeld, slapeloosheid en depressieve gevoelens.
Hulp bij angstgevoelens?
Of er sprake is van hulpbehoefte, hangt helemaal van jezelf af. Doorgaans wordt het aanbevolen om hulp in te schakelen indien je vermoed dat de angstgevoelens ongegrond zijn. Echter kan het ook bepaald worden in hoeverre jouw kwaliteit van leven hierdoor wordt verstoord.
Naast cognitieve gedragstherapie, kan een psycholoog ook soms helpen bij een reële dreiging, bijvoorbeeld door een heldere oplossing te bieden.
Afhankelijk van jouw persoonlijkheid en voorkeuren kan er een gerichte, specifieke behandelingen worden geselecteerd om jou te helpen om goed met de situatie om te gaan. Dit wordt ook wel coping genoemd. Doorgaans maken wij gebruik van Cognitieve gedragstherapie (CGT), maar ook andere methodieken worden toegepast. Dit is persoonsafhankelijk en situatiegebonden. Iedereen krijgt dus een specifieke therapie. Cognitief gedragsmatige interventies blijken een positieve impact te hebben op het reduceren van angst.